Test 5
Test 5
Posted:
2 september 2019
/
Under:
/
By:
Gérard van Os
1.
Een opsporingsambtenaar controleert een jongen van 16 jaar met zijn bromfiets want hij wil weten of de jongen een brommerrijbewijs heeft. Dit noemen wij een?
Privaatrechtelijk staande houding op basis van het Burgerlijk wetboek.
Controle staande houding op basis van toezicht.
Strafvorderlijke staande houding op basis van strafvordering.
2.
Joost is op weg naar zijn oma. Onderweg ziet hij iemand een bromfiets stelen. Joost besluit eerst naar zijn oma te gaan en pas later deze middag naar de politie voor een aangifte. Vanaf zijn oma op weg naar de politie ziet hij de verdachte lopen. Joost houdt de verdachte aan. Handelt hij juist?
Nee, alleen een officier van justitie of rechter-commissaris mag dit.
Ja, het is namelijk een VH-feit dus eenieder mag aanhouden buiten heterdaad.
Nee, alleen de opsporingsambtenaar met bevel van de (h)OvJ mag in eerste aanleg buiten heterdaad aanhouden.
3.
Jeroen wordt vervolgt voor een poging inbraak bij een bedrijf. De maximale straf is 6 jaar. Wat is de maximale straf die de rechter Jeroen kan opleggen?
3 jaar
6 jaar
4 jaar
4.
In de Wet op de Rechterlijke Organisatie en het Wetboek van Strafvordering worden de competenties geregeld. Welke competentie regelt bij welk soort rechtbank de zaak behandelt wordt?
de relatieve competentie
de absolute competentie
de administratieve competentie
5.
Voor hoe lang kan de OvJ een advocaat/raadsman beperkingen opleggen?
6 dagen
6 uur
6 weken
6.
Een burger ziet op heterdaad een strafbaar feit. De verdachte heeft het goed, wat hij zojuist heeft weggenomen, nog in de hand. Mag de burger dit goed in beslag nemen?
Ja, op heterdaad als het goed zichtbaar is.
Ja, op heterdaad als de verdachte het met zich voert.
Nee, op heterdaad mag hij/zij alleen aanhouden.
7.
Wat wordt er verstaan onder de uitspraak; “Er bestaan tegen de verdachte ernstige bezwaren”?
Er bestaat een grote mate van waarschijnlijkheid dat de verdachte het strafbare feit heeft gepleegd.
De bewijzen tegen de verdachte staan onomstotelijk vast.
Met de ernstige bezwaren wordt bedoeld alle zwaardere strafbare feiten waarop voorlopige hechtenis is toegelaten.
8.
Wie mogen er, op basis van strafvordering, een machtiging tot betreden van een woning, zonder toestemming van de bewoner, afgeven?
de (h)OvJ en Procureur-Generaal
de (h)OvJ en de burgemeester
de (h)OvJ, Advocaat-Generaal
9.
Wanneer een opsporingsambtenaar een cadeau aanneemt van een persoon welke hij tijdens zijn rechtmatige werkzaamheden heeft geholpen. Dan noemt men dit?
passieve omkoping niet in strijd met de ambtsverrichting
actieve omkoping niet in strijd met de ambtsverrichting
actieve omkoping in strijd met de ambtsverrichting
10.
Formeel strafrecht vinden we onder meer terug in?
het Wetboek van Strafvordering en de Algemene wet bestuursrecht
het Wetboek van Strafvordering en bijzondere wetten
het Burgerlijk Wetboek van Strafrecht
11.
Een inbreker besluit om een aantal goederen uit een opslagloods te gaan stelen. Hij wacht tot het donker is en dan gaat hij op pad. Bij het pand aangekomen trekt hij een bivakmuts over zijn hoofd. Hij zet vervolgens een breekijzer tussen de sponning en de deur en breekt de deur open. Hij gaat naar binnen en met zijn zaklamp schijnt hij in het rond. Zijn oog valt op een stapel dozen met nieuwe iPads. Hij pakt 5 dozen en loopt naar buiten en legt de dozen in de kofferbak van zijn auto. Daarna loopt hij weer naar binnen om de rest te gaan halen. Wat hij niet wist is dat er een stil alarm is afgegaan en de politie is gewaarschuwd. Deze komen ter plaatse en op het moment dat hij met nog 5 dozen naar buiten komt ziet hij de agenten staan. Hij laat de dozen uit zijn handen vallen en neemt een dreigende houding aan naar de agenten. Hij roept; “Oprotten als je leven je lief is. Ik maak je af als je dichterbij komt.” Aan welke strafbare feiten maakt de verdachte zich schuldig?
Diefstal d.m.v. braak of verbreking en wederspannigheid.
Diefstal d.m.v. braak of verbreking en ambtsdwang.
Diefstal, vernieling en verzet bij aanhouding.
12.
Het wel bekende onderzoek aan jasje, tasje en dashboardkastje mag worden toegepast wanneer men?
Men een onderzoek in de kleding instelt ter in beslagname.
Men een onderzoek in/aan de kleding instelt ter vaststelling ID.
Men een onderzoek aan het lichaam instelt ter in beslagname van een goed.
13.
Wie beslist over de gevangenhouding en gevangenneming?
De raadkamer
De Officier van Justitie
De rechtercommissaris
14.
Een burger ontdekt op heterdaad een misdrijf en wil de verdachte aanhouden. Hij ziet dat de verdachte een moskee in vlucht. In de moskee wordt op dat moment een dienst gehouden. Is de burger bevoegd tot het betreden van deze plaats om de verdachte aan te houden?
Nee, de burger mag deze (op dit moment) beschermde plaats niet ter aanhouding betreden
Ja, in geval van ontdekking mag eenieder elke plaats betreden.
Ja, maar alleen wanneer hij het doel van binnentreden bekend maakt en zich legitimeert.
15.
Na het plegen van een strafbaar feit doet de verdachte bij aanhouding een beroep op een strafuitsluitingsgrond. Wie bepaald of dit terecht is?
De Officier van Justitie
De advocaat
De rechter
16.
Wanneer een goed in beslag genomen wordt en vervolgens in opdracht van de rechter vernietigd moet worden, noemt men dit?
Onttrekken aan het verkeer
Waarheidsvinding
Verbeurdverklaren
17.
Als opsporingsambtenaar ben ik bevoegd om zaken in beslag te nemen wanneer?
Als de verdachte geen afstand doet
Het goed vatbaar is
Hij dat nodig vindt
18.
Over voortgezette toepassing spreekt men wanneer?
tijdens een onderzoek aan een auto nieuwe strafbare feiten worden ontdekt waarvoor de verdachte wordt aanhouden
als de verdachte voor meerdere strafbare feiten wordt aangehouden
als de verdachte in vrijheid is gesteld en opnieuw wordt aangehouden
19.
Een groep jongeren rijdt na een avond stappen op de fiets op weg naar huis door een willekeurige straat. De persoon die achterop zit schopt van iedere geparkeerde auto de spiegel ervan af. Aan het einde van de straat bedreigt hij ook nog iemand die er iets van zegt. De handelingen van de jongen noemen wij?
Voorgezette toepassing
Voortgezette handeling
Eendaadse samenloop
20.
Een buitengewoon opsporingsambtenaar houdt een bestuurder van een bromfiets staande. Hij heeft een gevoel dat deze jongen onder zijn zadel verdovende middelen vervoert. Hij zegt tegen de jongen dat hij een controle aan de bromfiets wil instellen. Hij wil kijken of deze voldoet aan de gestelde eisen. Hij zegt tegen de jongen dat deze verplicht is mee te werken. Hij controleert de remmen, het profiel op de banden, de verzekeringspapieren/plaatje, het rijbewijs van de jongen en als laatste wil hij weten wat er onder het zadel zit. Hij verplicht de jongen om het zadel te openen. De jongen maakt het zadel open in daar ligt een doorzichtige zak met daarin kleine zakjes wiet. De opsporingsambtenaar houdt de jongen aan en neemt de bromfiets in beslag. Heeft de opsporingsambtenaar juist gehandeld?
Ja, de opsporingsambtenaar is ook toezichthouder volgens de algemene wet bestuursrecht en dan mag je alles wat de betrokkene met zich voert in beslag nemen en onderzoeken.
Nee, hij heeft duidelijk misbruik gemaakt van de bevoegdheden die hij heeft. Dit noemen we ook wel Détournement de pouvoir.
Nee, hij had de jongen direct aan moeten houden en de bromfiets in beslag nemen voordat hij onderzoek gaat verrichten.
21.
Een opsporingsambtenaar ziet op een markt een man die een dvd wegneemt van een marktkraam zonder daarvoor te betalen en wegloopt. Hij achtervolgt de verdachte en houdt deze op heterdaad aan. Na de aanhouding onderzoekt hij de verdachte in en aan de kleding. In de jaszak van de verdachte bevinden zich zowel de weggenomen dvd als ook twee biljetten van €50,00, een kentekenbewijs van een motorvoertuig en een rijbewijs, beide op naam van de verdachte. Alle aangetroffen goederen worden door de opsporingsambtenaar in beslag genomen. Is de opsporingsambtenaar bevoegd tot het in beslag nemen van de bankbiljetten, het kentekenbewijs en het rijbewijs?
Ja, want er is sprake van heterdaad en de verdachte is aangehouden.
Nee, onderzoek in en aan de kleding is in deze onrechtmatig. Er zijn geen ernstige bezwaren.
Nee, de bankbiljetten, het kentekenbewijs en rijbewijs zijn niet voor in beslagname vatbaar.
22.
Als opsporingsambtenaar ben ik bevoegd om zaken in beslag te nemen wanneer?
de in beslag te nemen zaak voor waarheidsvinding kan dienen
de opsporingsambtenaar de verdachte niet kan dwingen tot afstand doen van de zaak
de in beslag te nemen zaak volgens de ambtenaar waardevol is
23.
Tijdens de behandeling van een hoger beroepzaak bij het Gerechtshof kan de verdediging van, de verdachte, gedaan worden door?
Alleen de advocaat
Alleen de verdachte zelf
De advocaat en de verdachte zelf
24.
Wanneer iemand Buitengewoon Opsporing Ambtenaar wil worden dan heeft hij een titel nodig. De titel verkrijgt hij/zij op basis van?
Individuele aanwijzing
Groep aanwijzing
Territoriale aanwijzing
25.
Een meerderjarige verdachte is aangehouden omdat de identiteit van de verdachte niet bekend is. Hoe lang kan de verdachte worden opgehouden ter vaststelling identiteit?
12 uur (nachtelijke uren niet meegerekend)
18 uur (nachtelijke uren niet meegerekend)
6 uur (nachtelijke uren niet meegerekend)
26.
Tijdens het opsporingsonderzoek besluit de OvJ de verdachte op grond van algemeen belang, niet te vervolgen. De OvJ maakt gebruik van zijn?
Opportuniteitsbeginsel
Legaliteitsbeginsel
Discretionaire bevoegdheid
27.
Een verdachte is aangehouden. Het strafbare feit is
een
VH-feit
. De identiteit van de verdachte is niet bekend. Hoe lang kan de verdachte worden opgehouden voor onderzoek?
Totaal 15 uur (9 uur VH-feit + 6 uur ID)
Totaal 9 uur (alleen voor VH-feit)
Totaal 6 uur (eerst weten wie het is en dan pas 9 uur voor strafbare feit)
28.
Kan materieel strafrecht voor komen in een gemeentelijke verordening?
Nee, want dat zijn wetten in formele zin.
Ja, want dat zijn wetten in materiële zin.
Ja, want dat staat geregeld in de wet op de rechtelijke organisatie.
29.
Wanneer dient de opsporingsambtenaar een bewijs van ontvangst af te geven, bij een in beslagname van een goed?
Zo veel mogelijk
Alleen als hij ook een kennisgeving van in beslagname op maakt
Altijd
30.
Wanneer iemand een strafbaar feit pleegt maar hiervoor een hele goede reden heeft, dan heeft hij een?
Ontsluitingsgrond
Uitsluitingsgrond
Besluitingsgrond
31.
Welke uitspraak is
juist
?
Medeplichtigheid is niet strafbaar
Herzieningen worden behandeld bij de Hoge Raad
Misdrijven zijn wetsdelicten en overtredingen zijn rechtsdelicten
32.
De uitspraken van de Hoge Raad worden gebundeld en kunnen gebruikt worden in latere rechtszaken. Dit noemen we?
Correspondentie
Arresten
Jurisprudentie
33.
Het voorbereidend onderzoek bestaat uit?
het vooronderzoek van de officier van justitie
het opsporingsonderzoek en gerechtelijk vooronderzoek
het opsporingsonderzoek
34.
Een opsporingsambtenaar ziet een fietser door het rode verkeerslicht rijden. Hij wil de fietser staande houden maar deze gaat er vandoor. 4 uur later ziet de opsporingsambtenaar de fietser wederom rijden. Hij houdt de verdachte staande en stelt de identiteit van de verdachte en geeft hem een bekeuring.
De opsporingsambtenaar handelt juist, want het is nog steeds heterdaad
De ambtenaar handelt juist, want opsporingsambtenaren zijn ook bevoegd tot het staande houden van verdachte, buiten heterdaad.
De opsporingsambtenaar handelt niet juist, staande houden mag alleen op heterdaad
35.
Bij noodweer spreekt men over de noodzakelijke verdediging van eigen of iemand anders lijf, eerbaarheid of goed. Waaraan wordt de noodzakelijke verdediging o.a. getoetst?
zorgvuldigheidsbeginsel
legaliteitsbeginsel
subsidiariteitsbeginsel
36.
Iemand wordt gehoord als getuige van een misdrijf. Deze getuige liegt tegen de opsporingsambtenaar. De getuige ondertekent zelfs de verklaring. Nu maakt de getuige zich schuldig aan?
Niets
Meineed
Valsheid in geschrifte
37.
Wanneer gaat de termijn ophouden voor onderzoek in?
vanaf het moment van aanhouding
nadat de (h)OvJ de verdachte hiertoe een bevel geeft
vanaf het moment van aankomst bureau
38.
Joep is 11 jaar en pleegt een diefstal. Hij wordt aangehouden, voorgeleid aan de (h)OvJ en 6 uur opgehouden voor onderzoek waarbij hij ter in beslagname aan het lichaam wordt onderzocht. De 6 uur ophouden zijn verstreken en hij wordt in verzekering gesteld door de (h)OvJ. Welke van deze handelingen is niet juist, gezien de leeftijd van Joep.
Ophouden voor onderzoek
Onderzoek aan het lichaam
In verzekering gesteld
39.
In Nederland kan een verdachte worden gestraft als?
Medepleger of medeplichtig
Uitlokker of dader
Dader of medeplichtige
40.
Een persoon die een ambtenaar, voordat hij begonnen is met de uitvoering van ambtshandelingen, dwingt iets te doen of te laten, maakt zich schuldig aan?
Wederspannigheid
Ambtdwang
Ambtsbelemmering
41.
Als maatregel ter identificatie is toegestaan?
Het afnemen van vingerafdrukken, DNA en opnemen van lichaamsmaten
et maken van foto’s, vingerafdrukken en opnemen van lichaamsmaten
Het maken van foto’s en vingerafdrukken
42.
Een echtpaar (getrouwd in gemeenschap van goederen) heeft ruzie omdat de man is vreemdgegaan. De vrouw sommeert de man om de echtelijke woning te verlaten. De man pakt wat spullen en vertrekt naar een hotel. De volgende dag gaat hij terug naar de woning en probeert met zijn sleutel de voordeur te openen. Er zit echter een ander slot op de deur. De man verbreekt het slot en gaat de woning binnen. De vrouw die in de keuken staat wordt boos en vordert de man de woning te verlaten. Wanneer is de man strafbaar aan huisvredebreuk?
De man is niet strafbaar want het is zijn eigen huis.
De man strafbaar na 1 keer vorderen want hij is wederrechtelijk de woning binnengedrongen.
De man is strafbaar na 2 keer vorderen want hij was niet wederrechtelijk in de woning.
43.
Willem, medewerker van de Nederlandse Bank, geeft aan Karel en Sjors zeer uitgebreide en gedetailleerde informatie over een transport van goud staven. Hij geeft aan dat het hem verbaast dat er nog nooit een overval heeft plaatsgevonden. Karel en Sjors besluiten om met deze informatie het volgende transport te overvallen en de goud staven buit te maken. In welke rol is Willem betrokken bij dit strafbare feit?
Uitlokker
Medeplichtig
Medepleger
44.
Als een persoon met de Braziliaanse nationaliteit zich in Nederland schuldig maakt aan enig strafbaar feit dan valt dit onder het?
Territorialiteitsbeginsel
Nationaliteitsbeginsel
Vlagbeginsel
45.
De juiste volgorde als het gaat om de gradatie van verdenking is?
Bewuste of onbewuste schuld
Ernstige bezwaren, heterdaad en redelijk vermoeden
Redelijk vermoeden, ernstige bezwaren en heterdaad
46.
Wie is volgens het besluit Buitengewoon Opsporingsambtenaar de direct toezichthouder over de Boa?
de burgemeester
de hoofdofficier van justitie
de korpschef
47.
Bij de verdenking van een verdachte m.b.t. het plegen van een misdrijf dient de opsporingsinstantie te bewijzen dat er sprake is van?
Opzet of verwijtbaarheid
Schuld of verwijtbaarheid
Bewuste of onbewuste schuld
48.
Waartoe kan een rechter-commissaris beslissen nadat de verdachte aan hem/haar is voorgeleid?
Dat de verdachte in verzekering wordt gesteld
Dat de verdachte in bewaring gaat
Dat de verdachte gevangengehouden wordt
49.
Tijdens een carnavalsavond in het centrum van Amersfoort wordt er door een groep jongeren een bushokje vernield. De jongeren zijn allemaal verkleed. Eén jongen gaat als Robin Hood, één als wolf, één als Donald Duck en de laatste als matroos. De jongen verkleed als Robin Hood staat op de uitkijk terwijl de andere 3 het bushokje slopen. In welke hoedanigheid zijn deze jongeren strafbaar aan openlijke geweldpleging?
Plegers en medeplichtig.
Doen plegers en medeplichtig.
Medeplegers en medeplichtig.
50.
Volgens het besluit Buitengewoon Opsporingsambtenaar heeft een Boa opsporingsbevoegdheid in?
in arrondissement van aanstelling
in werkgebied van de werkgever
het gehele land
Time is Up!