Test 1
Test 1
Posted:
16 juli 2019
/
Under:
/
By:
Gérard van Os
1.
Politieambtenaren beschikken in de regel over .... opsporingsbevoegdheid.
buitengewone
algemene
landelijke
regionale
2.
Twee agenten zien een man hollen uit de richting van een stationscafé dat bekend staat als een plaats waar verdovende middelen worden gebruikt. Omdat zij het zaakje niet vertrouwen houden zij de man als verdachte staande en trachten hem te fouilleren.
Kon deze man als verdachte aangemerkt worden?
Nee, want hier is geen sprake van een redelijk vermoeden van schuld.
Nee, want de vervolging was nog niet aangevangen.
Ja, want hier is sprake van duidelijke feiten of omstandigheden betreffende een strafbaar feit.
Ja, want hier is sprake van constatering van een strafbaar feit op heterdaad.
3.
Het Wetboek van Strafvordering geeft een definitie van het begrip 'verdachte'.
Wie wordt tijdens het onderzoek ter terechtzitting aangemerkt als verdachte?
Degene tegen wie een wettelijke delictsomschrijving is opgemaakt.
Degene tegen wie een redelijk vermoeden van schuld bestaat.
Degene tegen wie de vervolging is gericht.
Degene tegen wie ernstige bezwaren aan schuld te wijten bestaan.
4.
Een ambtenaar van politie, aangesteld voor de uitvoering van de politietaak, kan tevens hulpofficier van justitie zijn.
Door wie wordt hij als hulpofficier aangewezen?
Door de officier van justitie.
Door de rechter-commissaris.
Door de Minister van Justitie en Veiligheid.
Door het College van procureurs-generaal.
5.
Welke van de onderstaande beweringen betreffende de hulpofficier van justitie is juist?
De hulpofficier van justitie bepaald samen met de officier van justitie het landelijk opsporings- en vervolgingsbeleid.
De hulpofficier van justitie is een door de minister van Veiligheid en Justitie aangewezen ambtenaar van politie.
De hulpofficier van justitie beslist of iemand in het kader van voorlopige hechtenis langer mag worden vastgehouden.
De hulpofficier van justitie stelt zo nodig een opsporingsonderzoek in.
6.
Het insigne van de Boa bestaat uit een hand, scepter en en schild. Waarom draagt de Boa OV dit insigne?
Hierdoor is de Boa OV herkenbaar en weet de reiziger dat de Boa OV beschermt is door de wetgever.
Door dit insigne te dragen is het duidelijk voor de politie dat deze met een Boa OV moet samenwerken.
Hierdoor is de Boa OV herkenbaar en weet het publiek dat deze bepaalde strafvordelijke bevoegdheden heeft.
Omdat de werkgever van de Boa OV voorschrijft dat dit insigne op een duidelijk zichtbare plaats gedragen moet worden.
7.
Welke van onderstaande bewering betreffende de samenwerking tussen de politie en de buitengewoon opsporingsambtenaar is juist?
De buitengewoon opsporingsambtenaar mag volgens de wet samenwerken met de politie.
De buitengewoon opsporingsambtenaar werkt alleen op verzoek samen met de politie.
De buitengewoon opsporingsambtenaar moet volgens de wet samenwerken met de politie.
De buitengewoon opsporingsambtenaar werkt alleen samen met de politie.
8.
Welke bewering betreffende het strafrecht is juist?
Het formele strafrecht regelt welke sanctie er op een strafbaar feit is gesteld.
Het formele strafrecht regelt welke omstandigheden van belang kunnen zijn voor de strafbaarheid.
Het materiële strafrecht regelt welke gedragingen strafbaar zijn.
Het materiële strafrecht regelt welke dwangmiddelen de opsporingsambtenaar mag toepassen.
9.
In Almere wordt met een convenant gewerkt waarbij met verschillende partijen is afgesproken om maatregelen te nemen en de samenwerking te zoeken. Dit, om de problemen die er zijn op de stations en in de treinen, maar ook in de omgeving van de stations, aan te pakken. Één van de maatregelen is dat er wekelijks acties gedaan worden in samenwerking met de politie.
Kan de toezichthouder of de direct toezichthouder hierover aanwijzingen geven aan de Boa OV?
Nee, een Boa OV hoeft alleen aanwijzingen van zijn werkgever op te volgen.
Ja, dat kan en dan dient de Boa OV deze aanwijzingen op te volgen.
Nee, alleen aanwijzingen van een officier van justitie worden hierbij opgevolgd.
Ja, dat kan maar de Boa OV heeft de vrijheid om deze aanwijzingen niet op te volgen.
10.
Om een verdachte buiten het geval van ontdekking op heterdaad aan te houden, moet er sprake zijn van een strafbaar feit waarop voorlopige hechtenis op van toepassing is. Wanneer kan er een bevel tot voorlopige hechtenis worden gegeven?
Bij alle misdrijven waarop naar de wettelijke omschrijving een gevangenisstraf van vier jaar of meer is gesteld.
Bij alle strafbare feiten die wel in het Wetboek van Strafrecht maar niet in bijzondere wetten of verordeningen staan genoemd.
Bij alle strafbare feiten die in het Wetboek van Strafrecht als misdrijf worden aangemerkt.
Bij alle misdrijven waarop naar de wettelijke omschrijving een gevangenisstraf van twee jaar of meer is gesteld.
11.
Het Nederlandse recht kan worden onderverdeeld in privaatrecht en publiekrecht, waarbij strafrecht onder het publiekrecht valt.
Waarin kan het strafrecht worden onderverdeeld?
Rechtsdelicten en wetsdelicten
Misdrijven en overtredingen
Staatsrecht en Materieel privaatrecht
Materieel en formeel strafrecht
12.
Tegen een medewerker V&S, tevens Boa OV wordt geweld gebruikt. Om zich te verdedigen gebruikt ook de medewerker V&S geweld en maakt hij uiteindelijk gebruik van zijn handboeien om de verdachte onder controle te krijgen. Is de medewerker V&S bevoegd geweld te gebruiken?
Ja, mits dit in zijn akte van beëdiging staat en de medewerker zijn doel niet op andere wijze kon bereiken.
Ja, want alle buitengewoon opsporingsambtenaren mogen geweld gebruiken indien het doel dit rechtvaardigt.
Nee, een Boa OV kan geen politiebevoegdheden toegekend krijgen in de uitoefening van zijn bediening.
Nee, de geweldbevoegheid is alleen toegekend aan de ambtenaar van politie die is aangesteld voor de uitvoering van de politietaak.
13.
Een verdachte wordt om 21.00 uur aangehouden in de metro door een Boa OV wegens mishandeling van een ambtenaar in functie. Dit misdrijf valt onder art. 67 WvSv, zodat voorlopige hechtenis mogelijk is. Om 21.15 uur wordt hij op het politiebureau overgedragen aan een agent die op zijn beurt, om 21.30 uur, de verdachte voor de hulpofficier van justitie geleidt. De hulpofficier van justitie geeft meteen een bevel af tot ophouden voor onderzoek. Hij vraagt aan één van zijn opsporingsambtenaren om de verdachte te ondervragen. Het verhoor start om 22.00 uur.
Tot welk tijdstip mag de verdachte uiterlijk worden opgehouden voor onderzoek?
12.15 uur
12.30 uur
15.00 uur
15.30 uur
14.
Naast de regionale eenheden is er één landelijke eenheid van politie. Zij voert specialistische en landelijke politietaken uit en biedt ondersteuning aan de regionale eenheden. Van deze landelijke eenheid van politie maakt ondermeer de Dienst Infrastructuur uit.
Bij wie berust de dagelijkse leiding van de landelijke eenheid?
Korpschef
Minister van Justitie en Veiligheid
Politiechef
Hoofdofficier van Justitie
15.
Kunnen in een provinciale verordening van de provincie Gelderland feiten zijn opgenomen waarop een straf is gesteld als deze niet wordt nagekomen?
Dit is mogelijk, mits de regering en Staten-Generaal hieraan hun goedkeuring hebben verleend.
Dit is niet mogelijk, want dit is in strijd met de Grondwet en verordeningen mogen nooit hiermee in strijd zijn.
Dit is mogelijk, mits dit niet in strijd is met wettelijke voorschriften die door de regering en Staten-Generaal worden gemaakt.
Dit is niet mogelijk, want strafbare feiten zijn alleen opgenomen in het Wetboek van Strafrecht en de Bijzondere wetten.
16.
Meneer Van Putten ziet een buschauffeur met zijn bus door het rode licht rijden.
Mag meneer Van Putten de buschauffeur aanhouden en/of staande houden?
Hij mag de buschauffeur aanhouden en ook staande houden.
Hij mag de buschauffeur aanhouden maar niet staande houden.
Hij mag de buschauffeur niet aanhouden en ook niet staande houden.
Hij mag de buschauffeur niet aanhouden maar wel staande houden.
17.
Tegen Klaas Claessen bestaat een verdenking dat hij zich schuldig heeft gemaakt aan een misdrijf uit het Wetboek van Strafrecht. Hij heeft namelijk een machinist bedreigt op station Hengelo nabij het personeelsverblijf.
Wanneer is ingevolge de bepalingen van het Wetboek van Strafvordering Klaas Claessen als verdachte aan te merken?
Als tegen hem een ernstig vermoeden van schuld bestaat.
Als tegen hem een redelijk vermoeden van schuld bestaat, gebaseerd op de ervaringen en de bekendheid van de opsporingsambtenaar.
Als tegen hem een redelijk vermoeden van schuld bestaat, gebaseerd op feiten of omstandigheden.
Als tegen hem ernstige bezwaren bestaan, gebaseerd op feiten of omstandigheden.
18.
De werkgever moet aan de Minister de door hem gewenste informatie betreffende in dienst zijnde Boa's verschaffen. Zijn hier regels betreffende de registratie daarvan opgenomen in het Besluit BOA?
Nee, de werkgevers verschaffen alleen informatie aan de (direct) toezichthouders.
Ja, de Minister kan eisen stellen aan het te gebruiken systeem voor registratie.
Ja, alle OV-bedrijven geven hun informatie schriftelijk door aan de Minister.
Nee, hier zijn geen regels over opgenomen, ieder OV-bedrijf gebruikt zijn eigen vorm van registreren.
19.
Een medewerker V&S heeft op het perron van station Amersfoort moeite met de aanhouding van een verdachte. De medewerker kan best een beetje hulp gebruiken en verzoekt assistentie van de politie.
De medewerker V&S heeft volgens artikel 146 WvSv.......
Alleen het recht om te politie in te schakelen bij de uitoefening van een hulpbehoevende taak en niet bij een strafrechtelijke taak.
Het recht om bij de uitoefening van zijn ambtsverrichting de hulp in te roepen van de politie.
De verplichting om deze ambtsverrichting zelfstandig af te handelen zonder de hulp van de politie.
Geen bevoegdheid om de hulp een ambtenaar in te roepen, hij moet zijn collega's V&S inschakelen.
20.
Een Boa OV schrijft een proces-verbaal uit voor een overtreding uit de Wp2000 wegens verstoring van de orde, rust, veiligheid of goede bedrijfsgang.
Naar wie wordt dit proces-verbaal volgens artikel 156 van het Wetboek van Strafvordering gestuurd?
Onverwijld naar de chef van dienst.
Zo spoedig mogelijk naar de hulpofficier, dan wel de officier van justitie.
Zo spoedig mogelijk naar de chef van dienst.
Onverwijld naar de hulpofficier, dan wel de officier van justitie.
21.
Boa OV Jasaraj heeft een proces-verbaal opgemaakt. Hij woont in Lelystad met standplaats Zwolle en heeft akte van beëdiging nummer 15378/0 Asd. Zijn direct-toezichthouder is de Korpschef. Zijn werkgever, de N.V. Nederlandse Spoorwegen is gevestigd in Utrecht.
Wat moet Boa OV Jasaraj in zijn proces-verbaal vermelden zodat gecontroleerd kan worden of hij Boa-bevoegd was om proces-verbaal op te maken?
Vestigingsplaats van de werkgever
Naam van de direct-toezichthouder
Standplaats met akte van beëdiging nummer
Woonplaats
22.
Materieel strafrecht vind je onder andere in het Wetboek van Strafrecht.
Wat regelt het materieel strafrecht?
Op welke wijze een opsporingsambtenaar tegen strafbare gedragingen moet optreden.
De bevoegdheden van de officier van justitie en de rechter.
Hoe strafbare feiten kunnen worden vervolgd.
Welke gedragingen strafbaar zijn, wie daar strafbaar voor is en welke straf daarop is gesteld bij niet-naleving.
23.
Volgens het Besluit buitengewoon opsporingsambtenaar ziet de toezichthouder erop toe dat de Boa OV zijn taak betreffende opsporing naar behoren vervult.
Wat is volgens dit besluit nog meer een taak van de toezichthouder?
Hij verstrekt de direct toezichthouder de gewenste inlichtingen.
Hij ziet toe op de goede samenwerking met de politie.
Hij ziet er op toe dat de werkgever van de Boa OV zorgt voor het juiste onderricht.
Hij kan eisen stellen aan het registratiesysteem dat de werkgever van de Boa OV gebruikt.
24.
Als Boa OV zijn er vele regels waar je jezelf aan moet houden bij het uitoefenen van opsporingsbevoegdheden.
Waar vindt men de regels met betrekking tot deze bevoegdheden van opsporingsambtenaren?
Zowel in het Wetboek van Strafvordering als in bijzondere Wetten.
Alleen in het Wetboek van Strafrecht.
Zowel in het Wetboek van Strafrecht als in algemene maatregelen van bestuur.
Alleen in het Wetboek van Strafvordering.
25.
Boa OV de Vries ziet iemand een overtreding uit de Wet Personenvervoer 2000 plegen. De Vries heeft opsporingsbevoegdheid ten aanzien van deze overtreding. Hij kan de verdachte echter op dat tijdstip niet staande houden. Na veertien dagen ziet hij de verdachte weer lopen.
Is Boa OV de Vries bevoegd om de verdachte nu aan te houden voor de overtreding van de Wet Personenvervoer 2000?
Nee, er is geen sprake meer van heterdaad en er staat geen voorlopige hechtenis op dit strafbare feit.
Nee, tenzij het bevel van de (hulp)officier van justitie niet kan worden afgewacht.
Ja, omdat deze buitengewoon opsporingsambtenaar opsporingsbevoegdheid heeft voor dit strafbare feit, mag hij hem aanhouden.
Ja, zolang het strafbare feit niet is verjaard mag hij hem aanhouden.
26.
Een Boa OV wil na zijn examen zijn akte van beëdiging laten verlengen. Hij moet hiervoor kunnen aantonen dat hij betrouwbaar is.
Wie besluit volgens het Besluit Boa of een buitengewoon opsporingsambtenaar betrouwbaar is voor het uitoefenen van opsporingsbevoegdheden?
Het bestuursrechtelijk orgaan onder wiens verantwoordelijkheid de Boa OV werkzaam is.
De Minister van Justitie en Veiligheid.
De (Hoofd)officier van Justitie.
De Korpschef van de regionale eenheid van politie waarbinnen de Boa OV woonachtig is.
27.
Wanneer mag iemand van zijn vrijheid worden benomen?
Alleen indien mensen zich niet volgens bindende leefregels gedragen.
Zowel bij rechtsregels als godsdienstige regels bepaald.
Zowel bij geschreven als ongeschreven niet bindende leefregels bepaald.
Alleen indien dit bij of krachtens de wet is bepaald.
28.
Op het Malieveld in Den Haag is een demonstratie aan de gang. De politie is hier aanwezig voor het handhaven van de openbare orde. Twee jongens gooien stenen naar een auto.
Onder wiens gezag staat de politie als zij tegen de jongens optreden?
De korpsbeheerder
De korpschef
De burgemeester
De officier van justitie
29.
Volgens het Besluit Boa kan de Minister van Justitie en Veiligheid ten aanzien van de Boa OV...
Toezien dat de Boa OV zijn opsporingstaak naar behoren uitvoert.
Aanvullende bekwaamheidseisen stellen.
Toezien dat de Boa OV zijn bevoegdheden redelijk en gematigd uitoefent.
Vragen om de door hem gewenste informatie te verstrekken in een jaarverslag.
30.
Welke van onderstaande taken is
geen
taak van een direct toezichthouder?
Hij ziet er op toe dat er een goede samenwerking is tussen de Boa OV en de politie.
Hij ziet er op toe dat een Boa OV zijn opsporingstaak alsmede de politiebevoegdheden naar behoren vervult.
Hij oefent het dagelijks toezicht uit op de juiste uitoefening van de opsporingsbevoegdheden.
Hij ziet er op toe dat de werkgever zorg draagt voor onderricht aan de Boa OV.
31.
Tijdens de kerstmarkt op station Amersfoort betrapt een marktkoopman iemand bij het stelen van een horloge van zijn marktkraam. De dief weet te ontkomen en de marktkoopman doet direct aangifte bij de politie. Een week later ziet een opsporingsambtenaar de verdachte weer op het station lopen. De officier van justitie geeft hem de opdracht de verdachte aan te houden.
Was er bij deze aanhouding sprake van ontdekking op heterdaad?
Nee, het feit werd niet door een opsporingsambtenaar ontdekt.
Nee, ontdekking op heterdaad duurt slechts voort tot kort na het feit van de ontdekking.
Ja, want de aangifte gebeurde kort na de ontdekking van het strafbare feit.
Ja, want de marktkoopman ontdekte het feit terwijl het werd begaan.
32.
Boa OV Bicer houdt een verdachte staande voor roken in de metro te Amsterdam Gaasperplas. Hij maakt een combibon op en stelt de gegevens van de verdachte vast. Om deze te verifiëren vraagt hij de verdachte om een geldig identiteitsbewijs. De verdachte werkt hier niet aan mee, daarop vordert Boa OV Bicer de verdachte om een identiteitsbewijs ter inzage aan te bieden. De verdachte heeft echter geen zin om zijn identiteitsbewijs te laten zien en weigert.
Welke van de onderstaande beweringen over deze situatie is juist?
De verdachte is verplicht om bij de voorgeleiding zijn identiteitsbewijs ter inzage te tonen.
De verdachte is verplicht om op de eerste vordering van Boa OV Bicer zijn identiteitsbewijs ter inzage aan te bieden.
De verdachte is pas verplicht zijn identiteitsbewijs ter inzage te tonen als hij is overgedragen aan de politie.
De verdachte is pas verplicht zijn identiteitsbewijs ter inzage te tonen als hij is aangehouden.
33.
Aspirant-conducteur Janssen zit op de Boa OV-opleiding bij NS Leercentrum. Om aan de eis van bekwaamheid te voldoen schrijft hij zich daar in voor het CITO- examen. Ook moet hij nog voldoen aan de eis van betrouwbaarheid en hij vraagt daarvoor bij zijn gemeente een verklaring omtrent gedrag aan.
Heeft hij met dit bewijs van goed gedrag ook voldoende bewezen dat hij betrouwbaar is voor de functie van buitengewoon opsporingsambtenaar?
Nee, de Minister van Justitie en Veiligheid bepaalt uiteindelijk of een Boa betrouwbaar is.
Ja, als de gemeente dit afgeeft is dit voldoende bewijs.
Ja, op het moment dat een deelnemer zich inschrijft voor het CITO-examen is de betrouwbaarheid bewezen.
Nee, het antecedentenonderzoek van NS bepaalt uiteindelijk of een Boa betrouwbaar is.
34.
Officier van Justitie van Dalen heeft een zaak onderhanden. Ze overweegt om de zaak niet te vervolgen vanwege gronden aan het algemeen belang ontleend. Hoe noemt men deze beslissingsbevoegdheid van de officier van justitie?
Seponeren
Opportuniteitsbeginsel
Subsidiariteitsbeginsel
Herziening
35.
Wanneer je als buitengewoon opsporingsambtenaar openbaar vervoer een dwangmiddel wilt toepassen op een verdachte, moet je je dan legitimeren?
Volgens art. 26 uit het besluit Boa moet een buitengewoon opsporingsambtenaar ...
zich legitimeren als hij dat zelf wil.
zich nooit legitimeren.
zich altijd legitimeren.
zich legitimeren als de verdachte daarom vraagt.
36.
Een verdachte wordt 's avonds om 21.00 uur in de trein door een hoofdconducteur aangehouden voor een overtreding van artikel 70Wp2000 en en het niet ter inzage tonen van een identiteitsbewijs. Op Amsterdam Centraal wordt de verdachte om 21.15 uur door de hoofdconducteur overgedragen aan een politieagent van de Landelijke Eenheid, dienst Infrastructuur.
Deze arriveert om 21.30 uur met de verdachte op het politiebureau, waar de verdachte om 21.45 uur wordt voorgeleid aan de hulpofficier van justitie. De hulpofficier beveelt meteen de verdachte op te houden voor onderzoek en draagt aan één van de agenten op om de verdachte te ondervragen.
Het verhoor start uiteindelijk om 22.15 uur.
Tot welk tijdstip mag deze verdachte uiterlijk worden opgehouden voor onderzoek?
12.15 uur
12.45 uur
15.00 uur
15.30 uur
37.
Welke van onderstaande beweringen over de taak van de politie is juist?
De politie houdt zich in principe niet bezig met het toezicht op vreemdelingen.
Eén van de taken van de politie is de daadwerkelijke handhaving van de rechtsorde.
Als de politie optreedt ter handhaving van de strafrechtelijke rechtsorde, staat zij onder gezag van de Landelijke Eenheid van de Politie.
De politie heeft een belangrijke taak op het gebied van het staatsrecht.
38.
Boa OV Jansen zit op de Boa OV opleiding. Hij leert daar dat er ambtenaren van politie zijn, die belast zijn met strafrechtelijke en disciplinaire onderzoeken bij de politie.
Wie worden hiermee bedoeld?
Vrijwillige ambtenaren die zijn aangesteld voor de uitvoering van de politietaak.
Ambtenaren van de rijksrecherche die zijn aangesteld voor de uitvoering van de politietaak.
Ambtenaren die zijn aangesteld voor de uitvoering van de politietaak.
Ambtenaren die zijn aangesteld voor de uitvoering van administratieve taken ten dienste van de politie.
39.
Welke van onderstaande beweringen met betrekking tot een identiteitsbewijs is juist?
Het niet tonen van een identiteitsbewijs is niet strafbaar gesteld.
Een paspoort is een van de documenten waarmee de identiteit kan worden vastgesteld.
De verplichting om een identiteitsbewijs ter inzage aan te bieden, houdt in dat de verdachte zijn paspoort aan de opsporingsambtenaar moet overhandigen.
Het voorhanden hebben van een vals identiteitsbewijs is niet strafbaar.
40.
Waarvan moet de opsporingsambtenaar ten spoedigste een proces-verbaal opmaken?
Alles wat door hem ambtsedig is ingesteld of bevonden.
Van de door zijn collega's verrichtte handelingen.
Van het door hem opgespoorde strafbare feit.
Alle door hem persoonlijk vastgestelde misdrijven.
41.
Als een hoofdconducteur, tevens buitengewoon opsporingsambtenaar openbaar vervoer misbruik maakt van zijn bevoegdheden kan, ingevolge het Besluit Boa, zijn opsporingsbevoegdheid worden beëindigd door ...
De advocaat-generaal van het Gerechtshof.
De Minister van Justitie en Veiligheid.
De hoofdofficier van Justitie.
De korpschef van de Landelijke Eenheid van Politie.
42.
Een jongeman ziet op een dag dat de bestuurder van een belbus bij het achteruit rijden tegen een portier van een andere auto rijdt. Hij ziet dat de bestuurder uitstapt en kijkt naar de schade die is ontstaan door de aanrijding. De bestuurder stapt desondanks in zijn bus en rijdt weg, zonder zijn identiteit bekend te maken door het plaatsen van een briefje op de andere auto. De jongeman twijfelt geen moment en geeft de bestuurder een stopteken. De bestuurder stopt zijn bus en stapt uit.
Welke bevoegdheid heeft de jongeman nu?
De bestuurder staande houden teneinde zijn identiteitsgegevens te noteren.
De bestuurder aanhouden om hem over te dragen aan een opsporingsambtenaar.
De bestuurder staande houden om hem over te dragen aan een opsporingsambtenaar.
De bestuurder aanhouden om hem te geleiden voor een (hulp)officier van justitie.
43.
Nederland heeft één landelijke politiekorps, deze bestaat uit meerdere onderdelen. Vul de volgende zin over de organisatie van de politie in.
Tot de organisatie van de politie behoren de Landelijke Eenheden en ...
... het politiedienstencentrum en de rijksrecherche.
... de vrijwillige ambtenaren aangewezen voor de uitvoering van de politietaak en een ondersteunende dienst.
... de regionale eenheden en ondersteunende diensten.
... de hoofdstedelijke korpsen en een landelijk team voor operationele regie.
44.
Volgens het Wetboek van Strafvordering worden onder opsporingsambtenaren verstaan alle...
... personen aan wie door de minister van Justitie en Veiligheid opsporingsbevoegdheid is verleend.
... ambtenaren met de opsporing van het strafbare feit belast.
... ambtenaren in de zin van de Politiewet.
... personen met de opsporing van het strafbare feit belast.
45.
De korpschef is belast met de leiding en het beheer van de politie. Aan wie legt de korpschef verantwoording af?
Het college van procureurs-Generaal
De korpsbeheerder
De minister van Binnenlandse zaken
De minister van Justitie en Veiligheid
46.
Tijdens een controleronde treft een Boa-OV een reiziger die een sigaret rookt op een plek waar dit niet is toegestaan. De man heeft hiervoor geen toestemming en de Boa besluit om een proces-verbaal voor de man op te gaan maken betreffende het roken.
Wat kun je zeggen over de afhandeling van een proces-verbaal?
De Boa OV moet binnen 48 uur zijn proces-verbaal opmaken en toezenden aan de hulpofficier van justitie, deze is wettelijk verplicht onverwijld de verdachte te vervolgen.
De Boa OV moet het proces-verbaal onverwijld opmaken en binnen 48 uur naar de hulpofficier van justitie zenden zodat deze zo spoedig mogelijk kan overgaan tot vervolging.
De Boa OV moet het proces-verbaal ten spoedigste opmaken zodat de hulpofficier van justitie onverwijld tot vervolging kan overgaan.
De Boa OV moet het proces-verbaal zo spoedig mogelijk opmaken en vervolgens onverwijld naar de hulpofficier van justitie sturen zodat deze ten spoedigste kan overgaan tot vervolging.
47.
Een politieagent ziet dat een jongen een brommer steelt uit de fietsenstalling bij station Hoevelaken. Hij gaat in zijn dienstauto de jongen achterna. Na een wilde achtervolging schiet de jongen een klein steegje in en de opsporingsambtenaar moet de achtervolging staken. Hij besluit om meteen maar even te lunchen. Na zijn pauze van een uur ziet hij tot zijn verbazing de jongen weer rijden.
Is er nu nog sprake van ontdekking op heterdaad?
Nee, heterdaad blijft slechts één uur na ontdekking bestaan.
Ja, een lunchpauze hoort ook bij zijn werkzaamheden.
Ja, zelfs na een periode van 30 uur spreekt men nog van heterdaad.
Nee, het onderzoek moet vrijwel onafgebroken plaatsvinden.
48.
Boa OV Pieters, tevens toezichthouder, maakt een controleronde in de trein tussen Amersfoort en Utrecht. Hij komt in een coupe een man tegen die hem geen geldig vervoerbewijs kan tonen. Boa OV Pieters houdt hem staande om de identiteitsgegevens vast te stellen. De man geeft mondeling alle gevraagde gegevens op. Daarna wil de Boa OV de identiteitsgegevens van de man controleren aan de hand van een geldig op zijn naam staand identiteitsbewijs. De man geeft aan geen geldig identiteitsbewijs bij zich te hebben, maar verklaart dat de gegevens kloppen. Boa OV Pieters vordert van deze man de gegevens van zijn werkgever, zodat hij de opgegeven identiteitsgegevens bij de werkgever van de man kan controleren.
Handelt Boa OV Pieters juist in deze situatie?
Nee, de gegevens die Boa OV Pieterse vordert, vallen niet onder de vaststelling van de identiteitsgegevens.
Nee, hij mag alleen de werkgever bellen als hij vermoedt dat de man valse identiteitsgegevens heeft opgegeven.
Ja, een Boa mag bij de controle van identiteitsgegevens meer gegevens vorderen dan dat een toezichthouder dat zou mogen.
Ja, Boa OV Pieters is tevens toezichthouder en heeft in dit geval meer mogelijkheden zonder de rechten van deze verdachte te schenden.
49.
Een Boa OV is in art. 142 WvSv via een categoriale aanwijzing aangewezen als buitengewoon opsporingsambtenaar. Hiervoor moet hij beschikken over een geldige de titel van opsporingsbevoegdheid. Met andere woorden: van welke twee omstandigheden moet sprake zijn vóórdat de categoriale aanwijzing wordt verleend?
De geweldbevoegheid en de opsporingsbevoegdheid moet noodzakelijk zijn voor een goede samenwerking met de politie.
In de Ambtsinstructie voor Politie en andere opsporingsambtenaren is de geldige titel van opsporingsbevoegheid al bepaald voor de Boa OV.
De werkgever vindt opsporingsbevoegdheid en geweldbevoegdheid noodzakelijk en vraag de aanwijzing aan bij de Minister van Justitie en Veiligheid.
De opsporingsbevoegdheid moet noodzakelijk zijn en een beroep op de politie voor het uitoefenen van deze bevoegdheid moet bezwaarlijk of niet mogelijk zijn.
50.
Een Boa OV heeft een verdachte staande gehouden. Hierbij moet hij zich houden aan het gestelde in artikel 27a WvSv
Wat staat er in artikel 27a WvSv beschreven?
Hierin staat op welke wijze de aangehouden verdachte moet worden voorgeleid bij de hulpofficier van justitie.
Hierin staan de documenten genoemd waarmee de identiteit van de verdachte kunnen worden vastgesteld.
Hierin staat op welke wijze de identiteit van de staande gehouden verdachte kan worden vastgesteld.
Hierin staat de strafbaarheid bij het voorhanden hebben en gebruiken van een vals identiteitsbewijs.
Time is Up!